Soliste: Emmy Storms

Emmy Storms studeerde viool aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag bij Jaring Walta en sloot zowel Bachelor als Masteropleiding af met een tien en onderscheiding. Zij vervolgde haar studie bij Philippe Graffin in Brussel.
Emmy won prijzen bij meerdere concoursen, o.a. Prinses Christina Concours, Iordens Viooldagen en Davina van Wely Concours. Zowel in 2009 als 2011 eindigde ze als laureaat tijdens het Nationaal Vioolconcours Oskar Back. Bij dit laatste concours werd haar ook de NTR-prijs voor het verplichte werk toebedeeld. Ook ontving zij de Anton Kersjesprijs en speelde zij als ‘Artist in Residence’ tijdens de Muziekzomer van het Nationaal Jeugd Orkest, waar zij eerder concertmeester was, het vioolconcert van Korngold. In de zomer 2014 won zij samen met pianiste Cynthia Liem, waarmee ze het Magma Duo vormt, de eerste prijs bij het Sion Festival 2014 (Zwitserland). Het Magma Duo was in mei 2015 finalist van de Dutch Classical Talent Award. Onlangs won Emmy de GrachtenfestivalPrijs 2019. Als onderdeel van deze prijs zal zij ‘Artist in Residence’ zijn van het Grachtenfestival 2020.

Daarnaast speelt Emmy o.a. in het Trio Suleika en hebben verschillende soorten volksmuziek, zoals Ierse fiddle, joodse klezmer, tango en zigeunermuziek haar bijzondere belangstelling. Ze speelt Zuid-Amerikaanse en Ierse volksmuziek en heeft een volksmuziekgroep ‘Looking for Matthew’. Emmy is sinds de oprichting concertmeester van het Ciconia Consort.
Emmy speelt op een viool van Ferdinando Gagliano, gemaakt in Napels ca. 1778, haar ter beschikking gesteld door het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds.

Interview met Emmy

Hoe oud was je toen je viool ging spelen, en waarom de viool?
“Ik was 5 jaar oud toen ik begon met spelen. Mijn vader was muziekleraar, we hadden ook een piano in huis, waar ik al gauw op aan het spelen was. Toen hoorde mijn vader direct: jij bent echt muzikaal, je moet gewoon op vioolles! Dus toen ging ik gelijk op vioolles. Waarom dan de viool? Dat leek mijn vader leuk en het was een goede gok.”
Wat was jouw eerste optreden?
“Ik had vioolles bij Stieneke Poot. Zodra je bij haar al een snaar kon strijken begon je eigenlijk met optredens geven. Dus mijn eerste optreden was toen ik 5 was, in een hele grote groep Kortjakje spelen haha!”
Wat ervaar je tijdens het spelen van Concerto funebre?
“Ik weet dat de achtergrond van dit stuk donker is en dit hoor ik ook terug in de muziek. Maar ik ben zelf wat abstracter gericht, ik voel vooral heel veel maar ik zie niet letterlijk iets afspelen.
Ik vind het echt een prachtig stuk. Het is romantisch maar niet per se heel tonaal. Dus je hoort wel melodieën en het gaat echt ergens heen, maar het is niet altijd makkelijk in het gehoor liggend. De afwisseling tussen het atonale en tonale vind ik erg mooi. Ook is dit een heel geschikt stuk voor viool, je kunt zo mooi klank maken, dat is heel fijn. Je kan de viool echt op haar mooist laten klinken bij dit stuk!”
Wil je nog iets meegeven aan violisten?
“Ja, ik denk in deze tijd heel vaak aan mijn leraar. Hij speelde ook veel stukken van Hartmann. Hij heeft heel veel stukken uit de mottenballen gehaald. Hij heeft dit soort stukken opgenomen en ten gehore gebracht. Stukken van Hartmann zouden meer gespeeld moeten worden, want dit is echt de moeite waard om te laten horen! Wat ik wil meegeven is, violisten kunnen meer op zoek gaan naar dit soort stukken en programmeurs zouden hier ook zeker voor open moeten staan.”